Herkenning en vorige levens
Uit de praktijk reïncarnatietherapie van Marianne Notschaele
© Uitgeverij RHA Publishing
HERKENNING EN VORIGE LEVENS
Kate (47) maakt een afspraak voor een consult
vorige levens. Ze heeft diverse vragen waarop ze graag antwoord wil hebben,
zoals: ‘Waarom reageer ik soms zo emotioneel? Waarom moet ik zo erg huilen als
ik adoptiebeelden op tv zie? Of als ik op tv een moeder zie die haar kind in de
steek laat? Ik reageer af en toe ongewoon heftig op wat ik zie.’ Ook maakt Kate
zich grote zorgen over het milieu en de klimaatverandering. ‘Dat de natuur
eraan gaat, daar kan ik zo verdrietig om worden.’
Veel vragen op haar lijstje zijn te privé om hier te vermelden, maar het
belangrijkste dat Kate wil is: ‘begrijpen’. Na doorvragen kom ik erachter dat
ze hypersensitief is. Zelf is ze zich daarvan nauwelijks bewust. Spontane
emoties ervaart ze als belastend omdat ze zich daardoor anders voelt dan
anderen. Ze is daarbij vergeten hoe mooi het juist is dat ze compassie voor
mens, plant en dier opbrengt. Emotionele betrokkenheid kan best een aangename
eigenschap zijn, zeker in de gezondheidszorg waarin Kate ouderen in hun laatste
levensfase begeleidt. Gevoeligheid past bij haar en siert haar.
Ze is in staat een gezonde afstand te creëren tussen werk en thuis.
Alleen wanneer ‘alles uitsterft in de natuur’ grijpt haar dat heftig aan. ‘Een
oude boom bij ons in de buurt moet bijvoorbeeld omgehakt worden en…’, verder
komt ze niet vanwege haar tranen. Uit haar woorden en hoe ze zaken omschrijft
begrijp ik dat er oude pijn mee gemoeid is. Daarom vertel ik Kate eerst over
haar moeder/jeugd, daarna over een vorig leven met hartzeer waarin ‘alles
(uit)stierf’ zonder dat ze daarop invloed kon uitoefenen. Kate’s
totnutoe onverklaarbaar heftige reakties
hebben wel degelijk een oorzaak. Dit weten, lucht op.
Nu durft Kate ook te vertellen over een oudere man, inmiddels overleden,
die ze op haar werk verpleegde en die een speciaal plekje in haar hart innam.
Opnieuw komen de tranen. Als ik haar vraag deze gevoelens niet te onderdrukken,
maar juist te uiten, zegt ze: ‘Ik begrijp niet waarom ik zoveel voor een
onbekende kan voelen’. En dan komt ons gesprek op herkenning. Dat je
soms mensen tegenkomt uit voorgaande levens, dat ‘herkenning’ op basis van
gevoel/emotie geschiedt en dat we niet meteen of exact weten hoe het precies
zit, maar dat we daardoor wel iets speciaals voor iemand kunnen voelen.
Kate krijgt in het twee uur durend consult antwoord op veel openstaande
vragen. Het maakt haar rustiger, hoewel ze met ‘een vol hoofd’ en nieuwe
informatie weer vertrekt. Gelukkig kan ze thuis het hele consult nog eens
naluisteren. En om haar gevoeligheid beter te leren appreciëren geef ik een
paar boeken te leen over hooggevoeligheid en over vorige levens.
***
Mensen tegenkomen of herkennen uit andere levens (zie ook Nakomertje, een verhaal over zielsherkenning) is voor
mij zo vanzelfsprekend dat ik wel eens vergeet hoe nieuw en bijzonder dat voor
anderen is. Toen Kate haar boeken terugbracht informeerde ik hoe het met haar
ging. Goed. Heel goed.
Ze beseft nu dat hoogsensitiviteit bij haar hoort, het maakt haar tot
wie ze is. De besproken onderwerpen gaven haar een positief duwtje in de rug om
op haar werk meer te durven. Het krikte haar zelfvertrouwen op. Ze durft weer
te tekenen en schilderen voor haar plezier zonder zich meteen te bekommeren om
wat anderen van haar natuurvoorstellingen vinden. Ook haar liefde voor bloemen,
planten en dieren durft ze nu meer naar voren te brengen.
Ik vroeg of ze haar ervaring
over ‘herkenning uit vorige levens’ in woorden wilde vangen. Dat wat voor mij misschien vanzelfsprekend is, maar voor anderen
bijzonder. ‘Ik schrijf wel iets op en dat mail ik’, beloofde ze.
Dit mailde ze een paar dagen later:
“Toen ik vanmorgen mijn haar aan het föhnen was, kwam er ineens een heel
sterk gevoel in mij naar boven dat ik een van onze cliënten op het werk gekend
heb in een vorig leven van mij. Dat gevoel kwam ineens uit het niets bij mij
naar boven. Toen ik dit aan Leo, mijn partner, vertelde bleven mijn tranen maar
vloeien; het voelde allemaal zo logisch aan, als vanzelfsprekend. Ook nu ik dit
opschrijf, houd ik het niet droog.
Deze man is vorig jaar overleden. De band die wij hadden bleek, zo zie
ik dit nu, achteraf heel bijzonder. Bijzonder omdat ik het gevoel heb dat ik
deze man ken uit een vorig leven tijdens de tweede wereldoorlog. Ik ben in de
oorlog gestorven en hij is blijven leven. En nu vele jaren later ontmoet ik
deze man weer in mijn huidige leven.
Als ik deze man overdag op mijn werk zag begon hij naar mij te lachen en
fleurde hij helemaal op. Hij zag mij steeds aan voor iemand anders, die hij
niet kon benoemen. Je zag duidelijk in zijn ogen dat hij altijd blij was om mij
te zien. Deze reaktie kreeg ik een aantal keer per
dag en je zag dan dat hij steeds verbaasd was dat ik er was. Op mijn collega’s
kon hij nogal eens kwaad en nors reageren. Hij wilde ze ook wel eens slaan en
knijpen of haalde verbaal uit naar ze. Als hij tijdens de maaltijd geholpen
werd wees hij mijn collega’s nog al eens af. Als ik hem hielp, liet hij dit
goed toe. Waarschijnlijk was hij boos uit onmacht. Hij zat de gehele dag in een
rolstoel en kon daar zelfstandig niet uit. Hij ging met behulp van een sta-lift naar het toilet toe, wat voor hem geen pretje was,
want hij had last van zijn schouder.
Op de dag van zijn overlijden zag ik ‘s morgens, toen ik met mijn hond
buiten liep, een kauw die mijn aandacht trok en niet wegvloog toen wij hem
naderden. Pas later, toen ik op mijn werk kwam en te horen kreeg dat hij was
overleden, begreep ik dat dit een afscheidsgroet geweest was van deze, voor
mij, bijzondere man. De volgende ochtend kreeg ik een enorme huilbui toen
ik aan deze man dacht. Dat was voor mij de eerste keer dat ik moest huilen om
een overleden cliënt.
Toen jij mij vroeg ter voorbereiding van het consult wat op papier te
zetten, begon ik weer te huilen toen ik opschreef wat het mij deed toen deze
man overleden was. Kon het toen helemaal nog niet plaatsen en tijdens ons
gesprek kon ik het -toen het hierover ging- niet droog houden. Ik vind dit wel
een heel bijzondere ervaring.”
***
Mooi, dat Kate haar
ervaring met de kauw nu ook een plaatsje in het verhaal durft te geven.
Verbondenheid met de natuur hoort bij haar…J
Met dank aan Kate voor haar bijdrage.
Marianne Notschaele-den Boer
RHA Publishing
Terug
naar beginpagina (verhalen en boeken over vorige levens)
Het boek ‘Hé, waar
ken ik je van?’ gaat vooral over herkenning en vorige levens.
© RHA Publishing
- op alle artikelen en cliëntverhalen berust copyright, gelieve dit te
respecteren – sept. 2012